Spring naar content

Anti-sjarie’a bepaling in de grondwet?

Publicatiedatum: 1 maart 2011

Met een anti-sjarie’a inleiding in de grondwet worden wij het spiegelbeeld van andere landen in plaats van een stabiele rechtsstaat.

De verkiezingsretoriek leverde een nieuw voorstel op: een anti-sjarie’a bepaling in de grondwet. Met een anti-sjarie’a preambule in de grondwet worden wij echter het spiegelbeeld van sommige moslimlanden in plaats van een stabiele rechtsstaat. De sjarie’a heeft zelf het karakter dat hij zich afzet tegen andersdenkenden. Wanneer wij ons daar weer tegen gaan afzetten krijg je een vicieuze cirkel. Een wedstrijd om de ander af te wijzen. In plaats daarvan moeten we helder maken wat we wél willen en daar trouw aan blijven. Misschien dat sommige vrijheden te weinig benoemd worden in de grondwet. Toevoegingen moeten echter geen anti-karakter krijgen. Dat is onze grondwet onwaardig.

De klassieke sjarie’a heeft problematische elementen in het familierecht die vooral ten nadele zijn van vrouwen. Verder zijn er drie onderwerpen in de sjarie’a die al 14 eeuwen tot veel onrecht en geweld hebben geleid:
a. De degradatie van niet-moslims tot tweederangs burgers (dzimmi-status).
b. Een verbod op publieke kritiek op de islam en de fysieke bedreiging van ‘afvalligen’ (moertads).
c. Rechtvaardiging voor het gebruik van geweld om de daar al-islam, het territorium waar de islamitische jurisprudentie wordt erkend, te beschermen of uit te breiden.

Onze wetten zijn helder dat er voor bovenstaande zaken geen ruimte is in ons land. We moeten eenvoudigweg waken voor de naleving ervan. In plaats van een paragraaf toevoegen aan de grondwet, moet de overheid meer alert zijn dat etnische minderheden, niet bij binnenkomst meteen het stempel ‘moslim’ krijgen en in een hoek worden gezet waar ze nog niet, of niet meer, willen zitten. Ze moeten geen Nederlandse les in een moskee krijgen of subsidies via religieuze organisaties. In plaats dat de overheid zelf een polderislam probeert te organiseren, moet zij er voor zorgen dat migranten in vrijheid geloofskeuzes kunnen maken. Daar hoort een gezonde ruimte voor kritiek bij, ook omgekeerd. Op Wilders moeten we dan ook niet te paniekerig reageren. Zijn kritiek op de islam is trouwens vaak weinig inhoudelijk. En als we onze vrijheden zo belangrijk vinden, dan zullen we er over moeten nadenken waarom we internationaal met regimes zaken doen die deze rechten met voeten treden.

Cees Rentier

CAwdEAwUUkNCX0Einline0248625dead50fdb13c7d5f293503e67f
Scroll naar boven